Kleur die tevens betekenis heeft op veiligheidsgebied.
rood als verbod en om brandbestrijdingsmiddelen aan te duiden,
geel wordt gebruikt voor waarschuwingsborden en (wegens de hoge zichtbaarheid) voor signaalkleding,
groen voor evacuatiemiddelen, vluchtroute-aanduiding en 'sein veilig',
blauw voor gebodsborden en aanwijzingen.
Kleuren en grafische symbolen zijn wereldwijd gestandaardiseerd NEN-EN-ISO 7010, in Nederland aangevuld door de NEN 3011.
Niet alle toepassingsgebieden en branches hanteren dezelfde basisindelingen en er zijn vele kleurcoderingen en markeringsprincipes in gebruik die ook met veiligheid samenhangen.
Enkele voorbeelden:
Kleurcoderingen van leidingen aan boord van schepen (zie Kenkleur)
Rood-wit lint, normaal algemene gevaarsaanduiding, bij TenneT (als plastic ketting, want dat waait niet in de lijnen) spanningsvrijgemaakt 'veilig' gebied.
Geel-zwart afzettingslint: soms 'brandweerlint', soms uitsluitend voor val-, stuikel- of stootrisico, bij TenneT 'algemene gevaarsaanduiding'. met opdruk 'asbest' de standaard bij asbestsaneerders.
Gele lijnen op vloeren: stapelgebieden in magazijnen, maar soms ook PBM-vrije zones.
'Eigen' kleuren spuitbusverf voor (bijvoorbeeld bij inspecties) opgemerkte gebreken of defecten (bouw, steigerbouw).